Keuze van een levensbeschouwelijk vak
In de officiële scholen voor lager en secundair onderwijs met volledig leerplan, omvat het lesrooster per week ten minste twee uren levensbeschouwing. Onder deze levensbeschouwelijke vakken wordt verstaan: het onderricht in de katholieke, protestants-evangelische, anglicaanse, orthodoxe, islamitische of israelitische godsdiensten en in de niet-confessionele zedenleer.

Officiële scholen
Officiële scholen zijn die onderwijsinstellingen die opgericht zijn door de Staat (het Gemeenschapsonderwijs), de provincies, de gemeenten, de verenigingen van gemeenten of door enig ander publiekrechtelijk persoon. De scholen die niet officieel zijn, worden vrije scholen geheten.

Bij de eerste inschrijving van het kind dient het gezinshoofd, de voogd of degene aan wiens hoede het kind is toevertrouwd, via een keuzeformulier dat door de directie van de school moet worden voorgelegd, voor het kind een cursus in één van de levensbeschouwelijke vakken te kiezen. Het gezinshoofd wordt door de wet geheel vrij gelaten in zijn of haar keuze. Het is de school streng verboden in dit opzicht enige drukking op hem of haar uit te oefenen.

Elke officiële school is wettelijk verplicht protestants-evangelische godsdienst als keuzemogelijkheid aan te bieden. Zelfs al wordt er maar voor één leerling PEGO aangevraagd, toch is elke gemeente-, stads-, provincie- en gemeenschapsschool verplicht de cursus in te richten. Dit geldt voor de lagere en de middelbare scholen én in alle studierichtingen en onderwijsvormen (ASO, TSO, KSO, BSO, BuLO, BuSO).

Indien uw kind voor het eerst PEGO wil volgen, kan u bij de inschrijving deze cursus aanvragen. Uw aanvraag mag niet geweigerd worden.